Niet zzp’ers, maar de opdrachtgevers moeten een beschikking voor vrijstelling van premies aanvragen bij de Belastingdienst, meent Wessel van Alphen, oprichter van detacheerder IT-Staffing.
Vorige week mocht ik acte de presence geven bij de hoorzitting van de Tweede Kamer over de zogeheten Beschikking geen Loonheffing (BGL). De BGL is een nieuw idee van het kabinet, dat de VAR moet gaan vervangen. Doel is het aanpakken van schijnzelfstandigheid.
Bij de VAR kunnen mensen op papier werken als zzp’er, maar in de praktijk eigenlijk gewoon in dienst zijn. Als dat leidt tot problemen met de Belastingdienst, zijn de financiële consequenties altijd voor de zzp’er. Met de BGL worden de zzp’er én de opdrachtgever verantwoordelijk voor de vraag of er feitelijk sprake is van een dienstbetrekking. Als dat zo is, moet dat leiden tot afdracht van loonbelasting en premies.
Maar de BGL is een veelkoppig monster met alleen maar verliezers. Ga maar na:
- Zzp’ers (ik noem ze ZP’ers) moeten voor elk nieuwe type opdracht een BGL aanvragen.
- De vraagstelling is zodanig dat er weinig BGL’s zullen worden afgegeven.
- De Belastingdienst kan rekenen op honderdduizenden bezwaarprocedures.
- Uiteraard blijven ZP’ers opdrachten uitvoeren zoals ze dat altijd al deden.
- Opdrachtgevers moeten op omslachtige wijze ZP’ers inhuren.
- Opdrachtgevers moeten loonheffing inhouden op de factuur van de ZP’er; de ZP’er trekt deze loonheffing weer af van zijn inkomstenbelasting. Daarmee is de cirkel rond en wordt er niets opgelost
- De maatschappij krijgt 2,5 miljard euro meer uitkeringskosten voor haar kiezen
Het hele circus is dus voor niets en bovendien bestaat schijnzelfstandigheid niet. Gedwongen zelfstandigheid bestaat wel en dát moet voorkomen worden.
Het beste zou zijn als we een nieuwe juridische figuur zouden introduceren, de zelfstandig ondernemer.
Maar als men geen basiswetten wil veranderen, is er ook een andere optie: de huidige VAR afschaffen. Wel dient de ZP’er zich online te registreren bij de Belastingdienst als zelfstandige. Maar het belangrijkste is: de opdrachtgever medeverantwoordelijkheid laten dragen.
Relatie met zzp'er vastleggen in document
Een opdrachtgever legt eenmaal per zoveel jaar in een document vast hoe hij met de ZP’ers omgaat, wat de richtlijnen zijn en welke bevoegdheden een ZP'er krijgt. Eén en ander conform de regels voor gezag: een opdrachtgever moet weten dat een ZP’er geen werknemer is en dat de gezagsregels niet van toepassing zijn. Een ZP’er moet zich natuurlijk wel aan de richtlijnen houden.
Met dit document gaat de opdrachtgever naar de Belastingdienst en vraagt een Beschikking Geen Loonheffing voor ZP’ers aan. Let wel: hier moeten kabinet en Belastingdienst even voor ‘omdenken’: niet de ZP’er vraagt een beschikking maar de opdrachtgever. Dat is ook een stuk logischer, want beschikkingen zijn per definitie bedoeld voor de (mogelijk) inhoudingsplichtige: de opdrachtgever.
Dit is ook de oplossing om malafide opdrachtgevers, schijnconstructies en het hele misbruik van ZP’ers te controleren en aan banden te leggen. Het is ook een mogelijkheid voor de Belastingdienst om eenvoudiger handhavend op te treden.
De bonafide opdrachtgevers en ZP’ers zijn gevrijwaard van alle risico’s. Daarnaast heeft de ZP’er échte zekerheid, een belangrijk onderdeel van een goed stelsel.
Wessel van Alphen is oprichter van detacheringsorganisatie IT-Staffing.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl